Mijn tijd staat nooit stil, enkel als ik slaap en terugga naar mijn verleden, toekomst en verbeelding. Als ik mij voortbeweeg in Brugge, voel ik persoonlijk stilstand van de tijd. Mijn kindertijd, mijn scoutslokaal, het pleintje waar ik elk weekend ging, mijn oude school. Nu voelt het anders, mijn verbeelding van vroeger voelt anders dan de foto’s die ik getrokken heb, maar het is hetzelfde, puur door mijn houding. Mijn grootte, mijn interesse, mijn verlangens, mijn verbeelding.
Ik kom binnen in een andere tijdszone, wereld van verbeelding. Ik moet bewegen, kruipen, liggen, hangen en elk lichaamsdeel gebruiken om mij voort te bewegen door de sfeer van de stad. Ik zie een toestel die mij kan doen vliegen, vliegen naar de hemel? Super snel? Net als een raceauto?
Mijn mama kijkt naar mij. Wil zij dan niet vliegen?
Hebben hier ridders gewoond?
'Historisch erfgoed'
Zouden hier mensen onder de grond leven?
'Graven, kelders, riolering'
Een regenboog! Kijk, een regenboog! De hemel komt naar beneden
*gaat plonsen in water*
‘Mijn nieuwe schoenen, snel een paraplu’
Ben ik in Brugge? Ben ik in een stad van verbeelding? Of ben ik in mijn verbeelde Brugge? Brugge door mijn gsm, Brugge met mijn gedachten bij de koffie van straks, bij mijn trein van deze avond of mijn telefoontje met mijn baas?
Ik ontdoe mij van mijn persoonlijke spullen en zorg dat ik bereikbaar ben voor meerdere zintuigen, herinneringen.
IK LAAT LOS
De overgangsruimte breekt mij met een digitale wereld, of juist niet? Ik voel een kleine grens tussen de werkelijkheid, digitale en wereld van verbeelding.
Creëer ik een binnenruimte, een tussenzone of een buitenruimte?
Een binnen in buiten of een buiten in binnen?
Wij ervaren deze plek, waar is wij? Wie is wij?
Een constant veranderende installatie, uitnodiging tot participatie blokkeert de kans om iets vast te leggen op camera die de herinnering omvat.
Wat willen toeristen?
Wat willen inwoners?
Wat willen kinderen?
Wat willen gepensioneerden?
Wat willen ouders?
Wat willen studenten?
Wat willen buitenstaanders?
Wat willen participanten?
Wat is een stad?
Waar dient het voor?
Waarom komen toeristen naar een stad?
Waarom komen inwoners in de stad?
Hoe wil ik een stad ontdekken?
voelen
liggen
hangen
kruipen
lopen
sprinten
rollen
springen
binnen
buiten
Historie verwerken?
Toekomst?
Heden?
snel
traag
kort
lang